“We moeten iets met BIM.” Iedereen in de installatiesector heeft die zin al wel eens gehoord of uitgesproken. Maar het wordt nu echt de hoogste tijd, waarschuwt Theo Ockhuijsen, eigenaar van BIMpuls en tevens BIM-ambassadeur: “Als we niet uitkijken, gaan straks drie van de vijf installatiebedrijven over de kop.”
Theo Ockhuijsen was directeur van een groot installatiebedrijf, maar besloot in 2012 het roer om te gooien en voor zichzelf te beginnen. Met zijn bedrijf Innovatie Express adviseert hij directies bij het bepalen van een nieuwe strategie, met zijn tweede bedrijf BIMpuls traint en adviseert hij bedrijven bij hun transitieproces naar die nieuwe strategie. Daarnaast werd hij onlangs door de sector aangewezen als BIM-ambassadeur.
Geen tweede recessie
Een nieuwe strategie die past bij de veranderingen in de sector, is bij de meeste bedrijven hard nodig, vindt Ockhuijsen. “We moeten oppassen dat we niet in een tweede recessie belanden. Veel bedrijven houden te krampachtig vast aan het oude, deze durven niet te investeren en te kiezen.” BIM biedt volgens Ockhuijsen een oplossing voor een probleem dat al heel lang speelt in de bouw: slechte en onvoldoende communicatie. “We maken echt wel stappen, maar het roer moet helemaal om. Dat vraagt wel lef.”
Impact op personeel
BIM is bij die nieuwe vorm van werken volgens Ockhuijsen veel meer dan een tool. “3D-modelleren is wel vaak het ‘haakje’ voor een gesprek. Maar BIM is veel meer dan IT, het raakt ook aan de organisatie en het personeel.” Het veranderen van IT, organisatie en personeel vraagt wel wat. “De hele organisatie moet heringericht worden, je kunt BIM er niet zo in duwen. De grootste uitdaging ligt in de herinrichting van de organisatie. Ik merk vaak dat het management de rem op de innovatie is. Voor deze bedrijven ben ik bang dat deze de eindstreep niet halen.”
Plezier
Wat bij veranderprocessen nog te vaak wordt vergeten volgens Ockhuijsen, is de mensen en het plezier dat ze in hun werk zouden moeten hebben. “We moeten meer van elkaar leren en elkaar meer complimenten geven. Plezier is heel belangrijk! Als je ziet dat mensen gaandeweg weer plezier krijgen en resultaten boeken, dan is dat geweldig.” Een ander voordeel van BIM is het terugbrengen van faalkosten. “Doordat het bouwproces in BIM heel anders wordt ingericht, word je gedwongen veel eerder met elkaar in contact te komen. Fouten komen dan ook eerder aan het licht. Er worden momenteel meerdere projecten met BIM opgeleverd, daar zie je dat er heel efficiënt wordt gebouwd.”
Nog geen standaard
Als veranderen een noodzaak is, waarom gebruikt nog niet iedereen dan BIM? “Dat ligt aan twee dingen”, denkt Theo Ockhuijsen. “Allereerst de vaak nog traditionele houding van bedrijven. En daarnaast het gedoe om normen en softwarepakketten. Er is keihard een classificatie nodig. Gelukkig komt ETIM-RT er nu aan. We zullen altijd verschillende systemen houden, maar er begint nu een standaard te ontstaan. Daarmee kun je over de grenzen van je eigen sector: open BIM.”
Kennis delen
Dat anders werken voor veel bedrijven een hele stap is, dat snapt Ockhuijsen ook wel. “Je geeft als installateur bij een open BIM je kennis weg. Dat vraagt om een andere houding. Je deelt kennis, dat wordt je meerwaarde. Kijk naar Tesla, die heeft alle patenten onlangs vrijgegeven. Waarom? Tesla wil kennis delen om snelheid te maken. Daar profiteert het bedrijf zelf ook weer van. Niet voor niets bouwt Tesla nu een grote accufabriek. Zulke installatiebedrijven zijn er ook. De meest flexibele en adaptieve bedrijven zullen het overleven. Het gaat niet om grootte of een rijke geschiedenis.”
Tekst: Margriet Brus, foto: Edwin van Wijk
Het volledige interview met Theo Ockhuijsen is verschenen in Installatie 03-2015. Klik hier voor een voordelig (proef)abonnement.
