
Hoe blijft de installateur aan de bal bij grootschalige uitrol schilrenovaties? Het feit dat installaties daarbij geen opzichzelfstaande zaken meer zijn en de installateur niet meer gewoon alleen zijn ding kan doen is lastig. Omdenken is wel vereist voor de traditionele bouwkolom. Door té snel gasloos gaan door warmtepompen te plaatsen in tochtige woningen, krijgen we snel een vervelende rekening gepresenteerd.
Vuistregels werken niet meer en je marges gaan eraan
Voorheen kon een installateur goed uit de voeten met kennis van zijn producten en wat richtlijnen voor de verbindingen met en door het gebouw. En was je klaar met een offerte, uitvoering conform bestek en oplevering van het geïnstalleerde systeem. Nu, bij hoogwaardige schilrenovatie gaat de energiebehoefte voor verwarming gerust tot een tiende (!) zakken van de bestaande situatie. Dit betekent serieus omdenken voor de installateur. Je vuistregels voor het dimensioneren gelden ineens niet meer en overgedimensioneerde en niet goed afgestemde installaties vallen snel door de mand als het gaat om energieprestatie of een gezond binnenklimaat.
Gepriegel
En boven op alles gaan ook nog je marges eraan, omdat blijkt dat minder en kleinere installaties zijn gewenst, terwijl je het gepriegel met luchtdichte aansluitingen moeilijk kunt doorfactureren. Geen wonder dat het nog niet hard gaat in de installatiebranche. Als we in de huidige mindset “snel van het gas los” gaan, en bijvoorbeeld warmtepompen in tochtige woningen aanbrengen – schep je je opdrachtgevers én de maatschappij op met torenhoge energierekeningen en overbelaste energienetten, als we de wintermaanden in de nabije toekomst door moeten zien te komen zonder fossiele brandstoffen. En het binnenklimaat wordt er niet beter op.
Ervaring met passiefhuizen
Met een integrale benadering van gebouwschil en installaties en met de kennis van dit samenspel is het juist vrij eenvoudig om comfortabele, gezonde en vooral betaalbare gebouwen te maken met je installaties. Hierover is de afgelopen decennia, onder andere door het Passive House Institute, veel onderzoek gedaan. Het is zeer de moeite waard om daar kennis van te nemen. De kostenefficiëntie ontstaat door gebouwdelen op een slimme manier samen te laten werken. Zo zorgt bijvoorbeeld een luchtdichte gebouwschil voor een veel beter te sturen ventilatieluchtstroom. Hierdoor bereik je een aangename, gezonde binnenlucht met minder toe- en afvoerlucht. Minder ventilatie betekent minder ventilatorenergie, minder geluid en minder warmteverlies in de winter.
Een nieuw gevoel is nodig
Voor kwaliteit in ontwerp en uitvoering van energieneutrale projecten moet je rekening houden met samenhangen waar je nooit bij stil hoefde te blijven staan. Comfort blijkt nu afhankelijk te zijn van een goed afgestemd systeem van gebouwschil én installatie samen. De installateurs moeten dus een nieuw gevoel ontwikkelen voor de energetische en bouwfysische samenhang bij een energieneutrale aanpak. Het installatie-vak krijgt zo een extra dimensie. En wie zijn vak beheerst hoeft niet bang te zijn voor steeds kleiner wordende installaties, want: hoe kleiner hoe fijner. Goed werkende gebouwinstallaties zijn cruciaal in de energietransitie.
Daarom: kennis delen
Kennisinstituut KERN biedt een speciale cursus voor installateurs die meer willen leren hoe energieneutraal bouwen echt duurzaam, gezond én betaalbaar wordt. In deze driedaagse Praktijkcursus energieneutraal bouwen en renoveren, start 30 oktober 2018, kunnen installateurs relevante kennis opdoen voor een succesvolle uitvoering van energieneutrale projecten. Aan de hand van in de bouwpraktijk goed toepasbare wetenschappelijke kennis krijgt de deelnemer inzicht in de details en gevoel voor de samenhang van de disciplines die bij een betaalbaar energieneutraal passiefhuis een integraal geheel vormen. Ik ben zelf hierin ook docent. Meer informatie en aanmelden op www.stichtingkern.nl.