
De wetenschap dat in Nederland nog een karrenvracht aan open verbrandingstoestellen staan te pruttelen is de installatiebranche al jarenlang een doorn in het oog. Een kans en frustratie tegelijk.
Â
Hoewel vervanging voor een simpele HR-ketel in de meeste gevallen een klusje is van niks, waarvan de investering direct terugverdiend kan worden in rendement en comfort, houden veel professionele en particuliere opdrachtgevers de deur dicht. Gedoe, geen geld, geen visie. En geen notie van het veiligheidsvraagstuk, althans altijd een ander argument dat blijkbaar zwaarder weegt. Maar wanneer er bij deze verouderde toestellen onverhoopt toch tragische ongelukken gebeuren die mensenlevens kosten, gaat de blik toch altijd ook weer richting de installateur. Straatjes schoonvegen, daarin zijn we in Nederland erg goed.
Â
Dubbele agenda
De installatiebranche zit in een lastig parket, die uitdagend en frusterend tegelijk is. Afhankelijk van de wil bij opdrachtgevers, en niet gedekt door een vervangingsverplichting, of een bescherming van zijn métier. Ook het feit dat Jan en alleman overal een ketel kan kopen voor dumpprijzen en zelf op zolder aan het klussen kan én mag, werkt niet mee aan het slagen van de broodnodige verduurzamings- en veiligheidsslag. Huurdersparticipatie is ook zoiets: corporaties verschuilen zich hier vaak achter, terwijl ondertussen ook de eigen portemonnee leidend is. Maar ook de hand in eigen boezem: de installateur weet zijn waar, knowhow en toegevoegde niet goed te verkopen, maar daarover is op deze plek al het nodige gezegd. Een installateur moet geen ketel verkopen, maar warmte en ontzorging; en zijn vak verstaan. Een vervanging van stokoude gevaarlijke energieverkwisters annex tijdbommen moet een situatie zijn waarin iedereen winnaar is. Dan maar wat minder vrijblijvend, en nooit oplappen om het oplappen: dan de gaskraan maar dicht.
Â
Dwingen
Dat corporatie Stadsgenoot in Amsterdam nu resoluut álle verouderde open toestellen in de ban doet is een goed signaal. Weg ermee. En de huurder die niet mee wil werken wordt gedwongen, desnoods via de rechter, een constructie die al met succes is toegepast. Een prima stok achter de deur, wanneer alle valide argumenten niet werken. Een exercitie die met de juiste (communicatie) aanpak succes móet hebben. Laat dit een opmaat zijn voor een landelijk verbod op de gedateerde risico-toestellen, een stevige publiciteitscampagne, met financieringsconstructies (lenen op basis van toekomstige energiebesparing), en een op vakmanschap gebaseerde certificering van het bedrijf dat überhaupt met die gasleiding aan de slag mág. Dwang is zo gek nog niet.  Er is voor verzekeraars, branchevertegenwoordigers, wetgever, ketelfabrikanten, corporaties én installateurs een hoop (veilig) werk aan de winkel.
Dwang ?
U bent voor ik ben tegen dwang . de geldbuidel is leeg De corporaties
verhuren een woning zonder gebreken zegt men . Nu komen wij aan het veiligheid aspect en wat blijkt de corporatie verhuren onveilige woningen .Als de corporatie huurkoop zou toepassen dan zou ik er wel wat voor voelen Maar wie verdient er mee , niet de huurders
Huurder op termijn lagere energierekening, betrouwbare meer duurzame installatie, en veiligheid is volgens mij allesbepalend. Lagere verzekeringspremie zou uitkomst zijn dan merk je het direct in de portemonnee
Kortom. Terug naar de inspecteurs van gas en elektra. Naar de erkende installateurs die nog gediplomeerd waren en certificaten een bijproduct van een diploma was. Dat het werk gekeurd werd door de vakkundige gediplomeerde inspecteurs met vakkennis, geleid vanuit een instituut waarbij ook die leiding vakkunde bezat en niet geleid werd door uitgerangeerde politici.
Uit de tijd dat de Woningverenigingen nog sociale-verenigingen waren waar de bewoner nog enigszins inspraak had en het bestuur nog aanspreekbaar was voor de sociale huurder. Waar het bestuur grotendeels een parttime functie had en daar een redelijke controleerbare vergoeding voor kregen.
Misschien bestaan er nog van die mensen, gebruik ze dan.