Standbeeld voor het inbouwreservoir

Sommige technieken zijn zo vanzelfsprekend, dat het gepast is, om bij de historie stil te staan. In het komende nummer van vakblad Installatie en Sanitair doen we dat bij het inbouwreservoir, de vanzelfsprekende spoeler op het kleinste kamertje.

Het is dit jaar namelijk 50 jaar geleden dat het inbouwreservoir in Zwitserland door Heinrich Gebert werd uitgevonden. Omdat ons blad in 2012 ook Abraham zag, en we toen veel oud materiaal uit de archieven visten, beschikken we over de redactionele stukken en de advertenties uit die tijd. En het besef dat er in 50 jaar véél gebeurd is. Nederland spoelde toentertijd nog massaal via de klassieke stortbak. Doortrekken is nog altijd de term voor spoelen, terwijl bijna niemand dit nog doet. Mijn tante heeft nog zo’n toilet waar je met je met volle gewicht aan de stortkoker moet gaan hangen voordat het water naar beneden buldert. Toch was er in 1964 nog veel argwaan. Installaties in de muur stoppen? Het is nogal wat.

Van introductie naar doorbraak

De evolutie van dit stukje techniek, van houten spoelkast tot technisch en waterbesparend installatiehart áchter de muur, leverde een bijzonder verhaal dat ik u kan aanraden om te lezen, zodra Installatie en Sanitair op de mat ploft. Wat mij in het bijzonder intrigeerde was het feit dat het inbouwreservoir en hangend toilet pas 25 jaar later écht doorbraken in ons land. 25 jaar. De HR-ketel had ook dik 10 jaar nodig om breed geaccepteerd te worden. De omlooptijd en ontwikkeltijd van technische vernieuwingen heeft dus een enorme vlucht genomen. (Bekijk dit filmpje uit 1996 (!) maar eens). 

Glazen bol

De houten spoelkast uit 1907, is via de vinding van Gebert in 1964, in dik een eeuw een technisch hart achter de muur geworden. Zie hier een tijdbalk. We grinniken nu bij het idee, maar stel je voor; zitten we over 25 jaar op een gepersonaliseerde douche-wc te kleien terwijl het reservoir het nieuws voorleest, de favoriete muziek draait en de geur- en lichtmodule het comfortgevoel opkrikt? Wie het weet mag het zeggen. Het is opvallend dat godfather Geberit in Nederland nog altijd voorop loopt (het bedrijf heeft het merendeel van de markt) én de standaard is in de meeste bestekken. Dat is knap, want de techniek van gisteren is morgen achterhaald.

Dat maakt het des te interessant, maar ook moeilijk en risicovol om fors te investeren in innovatie door bijvoorbeeld start-ups. Het merendeel van de ideeën verdwijnt in de prullenmand, een miniem deel wordt opgepikt of gekocht door de markt of investeerders die er brood in zien. En dan nog: de eindgebruiker moet het kopen, voordat innovatie wordt ingehaald door de tijd.

Eerbetoon 

Een spoelend toilet. Een werkende cv-ketel. Het is allemaal zo vanzelfsprekend, maar hierachter schuilt een schat aan innovatie, ontwikkeling en aan het eind van de rit: vakmanschap van de verwerker. Dat we daar even stil bij staan, want dit is het werk van een mooie branche (lees: u dus). Daar nemen we vanavond het petje voor af, wanneer we met een druk op de knop de boodschap toevertrouwen aan het leidingstelsel van Ø 110. Een buiging.