fbpx
Nieuws

Aannemers vervolgd voor gasexplosie

De aannemer en onderaannemer die betrokken waren bij de graafwerkzaamheden in Diemen die in september 2014 tot een gasexplosie leidden, worden vervolgd. Dat heeft het Openbaar Ministerie besloten.

‘Onzorgvuldig’

De bedrijven wordt verweten onvoldoende zorgvuldig te zijn geweest bij de graafwerkzaamheden. Bij de explosie vielen twee doden, de kraanmachinist en een medewerkster van de woningbouwvereniging. Ook waren er vijftien gewonden en werden 32 woningen voor lange tijd onbewoonbaar verklaard.

Gebrekkige informatie-uitwisseling

Eerder concludeerde de Onderzoeksraad voor de Veiligheid al dat de explosie kon gebeuren door gebrekkige informatie-uitwisseling. Daardoor was het voor de aannemer niet duidelijk dat er een werkende gasleiding in het graafgebied lag. Bovendien werd er, nadat de leiding was geraakt, niet tijdig en accuraat gereageerd, aldus de Onderzoeksraad.

7 reacties op “Aannemers vervolgd voor gasexplosie

  1. Nico van der Vegt schreef:

    Zeer onbevredigend dat de Woningbouwvereniging en Netbeheerder (voorlopig) vrijuit gaan.
    De onderzoeksraad voor veiligheid stelt;

    – Bij de explosie in Diemen zijn slachtoffers gevallen doordat omstanders zich te dicht bij de gas lekkage ophielden. Dat de aanwezige personen geen afstand hebben genomen of zijn weggestuurd, hangt samen met de gevaarinschatting op dat moment.-

    1. Mijn vraag is: Op grond van welke bevoegdheid zou een aannemer mensen weg kunnen sturen. De woningbouwstichting als eigenaar van grond en gebouwen, kan dat wel. Het enige wat de aannemer had kunnen doen dat is waarschuwen en alarm slaan. Hij had pionnen kunnen plaatsen, linten trekken en waarschuwingsborden kunnen plaatsen.
    Dat houdt dus in dat we vanaf nu nog meer van dit soort attributen bij ons moeten hebben…???

    2. Ook de netbeheerder wordt nalatigheid verweten omdat deze niet adequaat zou hebben gereageerd. Waarom wordt hij niet vervolgd. blijkbaar zijn deze bedrijven onder en boven de wet.

    Onlangs zelf meegemaakt: Op privé terrein ligt een oude rioolbuis vanaf een afgebroken Woning naar de openbare weg. Handmatig (niet mechanisch) graaf ik (na klikmelding) een gat en kom een oude rioolbuis tegen. Eigenaar/opdrachtgever verklaart dat deze buiten gebruik is en geruimd kan worden. bij het doorsteken van de rioolbuis volgt een explosie. Een gat in de schop waar je een vinger in kan leggen (160A traag).

    Wat is het geval: Zonder dat iemand er van op d hoogte was en zonder dat de klikmelding aangeeft dat daar ter plaatse een kabel loopt is de rioolbuis gebruikt als mantelbuis bij het realiseren van een nieuwe elektriciteitsaansluiting ……
    Ik kan hoog of laag springen maar ik draai voor de schade op.
    Het wordt hoog tijd dat het wangedrag van de netbeheerders aan banden wordt gelegd. het kan niet zo zijn dat de gravers per definitie de gebeten hond is als ergens iets mis gaat met graven ook al kan hij er niets aan doen en is hij niet nalatig. Zeer benieuwd wat de rechter zal oordelen.

    Nico van der Vegt

  2. Egbert schreef:

    Inderdaad Nico helemaal mee eens,zelf ook al eens meegemaakt dat de netbeheerder een wanprestatie leverde bij een verbouwing van een kantoorpand,er werd een sleuf van 1 meter breed gegraven zodat er voor een ieder voldoende ruimte was om zijn leidingen er in te leggen,wat doet de eigenwijze netbeheerder?? die legt zijn leiding boven op onze riolering in plaats van er naast,na realisatie van deze verbouwing wordt de tuin ingericht en is er niets meer te zien waar eventueel netleidingen kunnen liggen,bij de eerst de beste verstopping met een prikstok de rioolbuis proberen op te sporenprik je door de gasleiding,en dan denkt de netbeheerder jou wel even de rekening te kunnen presenteren,mooi niet dus!!

  3. fritsrademakers schreef:

    er zijn markeringen linten geel met opschrift gasleiding deze horen 30 cm boven de betreffende leiding aanwezig te zijn ( voorschrift) en er is ook een diepte voor dit soort leidingen maar daar houden de netbeheerders zelf ook geen rekening mee
    de netbeheerder besteed alles uit namelijk aan onderaannemers die niets mogen verdienen (uitgeknepen ondernemers) die dus dom bezig zijn , alles bij elkaar veroorzaakt door ons parlement , bezuinigen en nog eens bezuinigen maar ondertussen zijn het de lui van hogerhand die de zakken vullen en niet thuis geven bij
    verantwoording daar moet een slachting gaan plaats vinden , wat mij betreft vandaag gaan beginnen

  4. Nico van der Vegt schreef:

    Toen bovenstaande incident mij overkwam was ik lid van UNETO-VNI. Bovendien zat ik in een regiobestuur. Heb het incident direct gemeld bij onze regioconsulent.
    Wat denk je….; het onderwerp werd niet eens opgepakt. Was niet relevant……
    Het was een te specifiek probleem om daar in Zoetermeer mee aan de slag te gaan…..
    Er was toen al meer gepasseerd, maar dit was voor mij de druppel die de emmer deed overlopen. Ik heb bedankt als lid van deze buitengewoon actieve club van belangenbehartigers, van mannen die dagelijks met hun poten in de modder staan.

    ik ben het met Frits eens dat er inderdaad wat zou moeten gebeuren, maar wat…, en wie moet dat gaan doen? Het kan wel en het hoeft allemaal niet zo ingewikkeld.
    Er zou al heel simpel iets gedaan kunnen worden door het aanleggen van een zwartboek, waar concrete situaties zoals die van Egbert en van mijzelf, kunnen worden gemeld.
    Maar, dat heeft alleen zin als er ook daadwerkelijk iets mee wordt gedaan. De ingebrachte informatie moet worden geanalyseerd en verwerkt in statistieken. Daar heb je een gemotiveerde organisatie voor nodig die er achteraan wil, en dat is het probleem, die is er niet.

    Dus…., er moet wat gebeuren zegt Frits,helemaal mee eens, maar ik zou niet weten wat.

    m.vr.gr.
    Nico

  5. willem van Dongen schreef:

    Beste collegae
    Het ongeval in Diemen is een zeer ernstig incident. Sinds 2006 hebben wij een VIAG die regelmatig wordt herzien. De laatste aanpassing dateert uit april 2015. Er is geen enkele discussie mogelijk een ieder, die in opdracht van de netbeheerder ga technisch werkzaam uitvoert of werkt in de nabijheid van in gasvoorziening systemen (het gasnet t/m 8 bar) heeft een aanwijzing nodig. Met het uitreiken en aanvaarden van een aanwijzing na een opleiding en landelijk examen gaat men akkoord met de voorwaarde en de bijhorende VWI en bijlages . Kortom een medewerker is in eerste instantie dus altijd verantwoordelijk voor de werkzaamheden die hij uitvoert. Het zich niet houden aan de gestelde regels en afspraken kunnen vergaande gevolgen hebben. (ik bedoel in het ergste geval dat je dan moet verantwoorde bij rechter)
    Ik ben niet bij de werkzaamheden betrokken in Diemen en kan dus geen oordeel geven. Het oordeel is aan de rechter en hij of zij zal om hierover een uitspraak doen.
    Tevens kennen wij in Nederland een verplichte melding bij graven (KLIC melding) en hierbij behoort ook de verantwoordelijkheid van de medewerker om naast de KLIC melding altijd zorgvuldig te graven.
    Ik heb bijgevoegd een gedeelte uit de VIAG versie april 2015. U kunt hem ook gewoon inzien en downloaden via Netbeheer Nederland. Tevens zijn er allerlei instantie waar u een VIAG of BEI opleiding kunt volgen om aan een aanwijzing te verkrijgen.
    Bijlage:
    Gasvoorzieningsystemen van netbeheerders De VIAG is van toepassing op gasvoorzieningsystemen voor het transport en/of de distributie van (geodoriseerd) aardgas (of een ander gas met dezelfde toepassing). De VIAG geldt voor het hele traject, van gasontvangstation tot en met aansluitpunt (hoofdkraan / meter) bij de klant. De VIAG is van toepassing op: – de bedrijfsvoering van gasvoorzieningsystemen die in eigendom, beheer en/of onderhoud zijn van of bij gasnetbeheerders; – de werkzaamheden aan, met of nabij gasvoorziening systemen die in opdracht van de gasnetbeheerders worden uitgevoerd (voor uitzonderingen zie artikel 1.3). – iedereen die betrokken is bij bovengenoemde activiteiten. In een aantal situaties geldt de VIAG niet. Zie hiervoor artikel 1.3. De VIAG geldt voor gasvoorzieningsystemen met een maximale gasdruk van 8 bar, met een marge van maximaal 10%. Deze marge wordt hierna niet steeds genoemd. Er wordt onderscheid gemaakt tussen hogedruknetten (> 200 mbar en ≤ 8 bar) en lagedruknetten (≤ 200 mbar). Systemen met een gasdruk groter dan 8 bar vallen niet onder de VIAG. Hierop zijn de richtlijnen van de gasnetbeheerder van het landelijk HDtransportnet van toepassing, en/of specifieke richtlijnen van regionale gasnetbeheerders.

    Graafwerkzaamheden Graafwerkzaamheden moeten gemeld worden bij het Kadaster volgens de grondroerdersregeling (WION). De ligging van de leidingen moet worden vastgesteld aan de hand van recente tekeningen en door proefsleuven te graven. Regels voor het graven van sleuven/werkputten – Bij machinaal graven moet altijd een tweede man aanwezig zijn om voor te steken volgens CROW richtlijn 250 Zorgvuldig graven. – In de directe omgeving van kabels en leidingen moet met de hand gegraven worden. – Bij graafwerkzaamheden kunnen voorwerpen of stoffen worden aangetroffen die gevaarlijk zijn voor de veiligheid en gezondheid van personen of het milieu. In dat geval moeten de werkzaamheden worden gestaakt en moet contact worden opgenomen met de WV (en eventueel de grondeigenaar). – Als de diepte van de sleuf/werkput meer dan 1 meter bedraagt, moet voorkomen worden dat de taluds inkalven. – Materialen als klinkers, tegels, keien en grond moeten op voldoende afstand van de sleuf of werkput worden opgeslagen. – Vrijkomende grond moet gescheiden per grondsoort worden opgeslagen. Regels voor het dichten van sleuven/werkputten – De verschillende grondsoorten moeten op hun oorspronkelijke plaats terugkomen. – Tot 0,2 m naast de leiding en tot 0,4 m boven de leiding moet met de hand verdicht worden. – Machinaal of handmatig verdichten moet in lagen van maximaal 0,3 m.

    Activiteiten door aannemingsbedrijven Dit artikel gaat over de voorwaarden waaronder een aannemingsbedrijf activiteiten voor een netbeheerder mag uitvoeren. Voor al die activiteiten geldt dat er een contract moet zijn tussen netbeheerder en aannemingsbedrijf. Artikel 7.1 behandelt enkele belangrijke aspecten van dit contract. De twee artikelen daarna behandelen de twee mogelijke contractvormen: Regie en Uitbesteding. Artikel 7.4 gaat in op de regels voor bedrijfsspecifieke zaken. In artikel 7.5 staan de regels voor onderaanneming. In dit gehele artikel 7 wordt steeds de relatie tussen netbeheerder en aannemingsbedrijf beschreven. Maar op dezelfde manier kan ook de relatie tussen twee aannemingsbedrijven of tussen twee netbeheerders worden geregeld. 7.1 Algemeen Netbeheerder en aannemingsbedrijf sluiten een contract over het aannemen van werk. In het contract zijn bestek(ken) en voorwaarden van toepassing verklaard. In de bestekken staat welke richtlijnen en (veiligheids)eisen gelden zoals: – Het Arbo- en milieuzorgsysteem, – Veiligheids-, Gezondheids- & Milieuplannen (VGM-plannen), – De VIAG, inclusief de VWI’s en andere veiligheidsregels, – Eisen aan kwalificaties (opleiding en vak- en veilgheidsbekwaamheid) van medewerkers, – Montagevoorschriften. Werkgever en werknemer van een aannemingsbedrijf moeten aan deze richtlijnen, voorwaarden en eisen voldoen. Als een netbeheerder en een aannemingsbedrijf een contract sluiten, blijft het aannemingsbedrijf verantwoordelijk voor de eigen werknemers. Er zijn twee contractvormen: Regie en Uitbesteding. De volgende twee artikelen behandelen beide vormen. 7.2 Contractvorm Regie Bij de contractvorm Regie voeren medewerkers van het aannemingsbedrijf activiteiten uit onder regie van de netbeheerder. Voor alle gastechnische activiteiten staan deze medewerkers onder direct gezag van de netbeheerder. Ze krijgen daarmee ook opdrachten van (een medewerker van) de netbeheerder. De medewerkers van het aannemingsbedrijf zijn echter gewoon in dienst van het aannemingsbedrijf en dus geen personeel van de netbeheerder. In de volgende gevallen is sprake van Regie: – Een medewerker van het aannemingsbedrijf werkt mee in een ploeg van medewerkers van de netbeheerder. – Een aannemer werkt direct in opdracht van de WV van de netbeheerder – Een specialist van het aannemingsbedrijf voert extra activiteiten uit bij of tijdens activiteiten van medewerkers van de netbeheerder. Verantwoordelijkheid Bij Regie is de WV van de netbeheerder (eind)verantwoordelijk voor een veilig verloop van de activiteiten. Deze WV geeft ook de (raam)opdrachten. Iedere medewerker is er natuurlijk zelf verantwoordelijk voor dat hij veilig werkt volgens de voorschriften. 7.3 Contractvorm Uitbesteding Bij de contractvorm Uitbesteding voert het aannemingsbedrijf zelfstandig activiteiten uit. De medewerkers van het aannemingsbedrijf staan onder gezag van het aannemingsbedrijf en krijgen daarmee ook opdrachten van (een medewerker van) het aannemingsbedrijf. Voor deze activiteiten zijn meestal meerjarige contracten afgesloten. Hierin worden onder meer de verantwoordelijkheden van het aannemingsbedrijf voor veilig werken geregeld, ook op gastechnisch gebied. De verdeling van verantwoordelijkheden tussen netbeheerder en aannemingsbedrijf kan bij Uitbesteding op verschillende manieren geregeld zijn. Dit is afhankelijk van onderlinge afspraken en de (daarbij afgesproken) verdeling van de activiteiten. De verantwoordelijkheden zijn gekoppeld aan de manier van opdrachtverstrekking: via een raamopdracht (artikel 7.3.1), via een bedieningsplan (artikel 7.3.2.), (artikel 7.3.3) of via een duo-werkplan (artikel 7.3.4). In het laatste geval kan ook sprake zijn van overdracht.

  6. Nico van der Vegt schreef:

    Willem van Dongen bevestigt mijn bezwaar. Regelingen waar van hij naar verwijst beschermen de netbeheerder stellen de graver altijd verantwoordelijk. de positie van de netbeheerder is aan alle kante dicht getimmerd. Vooral op particuliere terreinen leidt dit tot wild west situaties. Zowel het voorbeeld van Egbert, als het voorbeeld waar ik naar verwijs hebben daar betrekking op. De aannemers welke door de netbeheerders worden ingehuurd werken voor een uitgeknepen prijs en donderen op particulier terrein de leidingen in de grond op de voor hun meest voordelige manier. Dankzij de regelingen welke van Dongen noemt krijg je er geen vinger achter. De installateur krijgt dat niet voor elkaar, en de grondeigenaar ook niet. Je hebt geen enkele mogelijkheid van verweer. De geselecteerde aannemer heeft met jou als installateur niks te maken want hij werk niet voor jou of voor de grondeigenaar, maar in opdracht van de netbeheerder. En de netbeheerder weet van niks en verwijst naar de aannemer die nooit meer als vier uur per dag bereikbaar is en dan alleen via de servicedesk. Ze komen wanneer het hun uitkomt en zijn weer weg voor je er erg in hebt.
    Je doet wat je kan, maar gaat er toch iets mis dan ben je als graver altijd het haasje.

  7. willem van Dongen schreef:

    Hallo beste collegae
    Bedankt voor uw reactie. De insteek van al deze regels zijn om veilig en volgens afspraak te kunnen werken. Voor mij staat veiligheid boven alles. Wat het kost of- voor welke prijs iets gemaakt kan worden doet voor mij niet terzake. Elke aannemer of onderaannemer kan ja en nee zeggen tegen het aanbod. Veiligheid kost tenslotte ook euro’s dus dient men daar rekening mee te houden. De raad van veiligheid heeft zowel naar de aannemer als de woningbouw en netbeheerder aanbevelingen gedaan ik hoop dat zij dit ter harte zullen nemen. Er is weer een actuele VIAG 2015. Een ieder die zich bezig houdt met infratechniek zal hier eens in moeten lezen. Nogmaals dank met vriendelijke groeten, Willem van Dongen
    Bijlage: diverse artikels uit VIAG 2015

    1.3 Nieuwe en vervallen delen van gasvoorzieningsystemen In de volgende gevallen geldt de VIAG niet: – De VIAG geldt niet voor de nieuwe aanleg van infrastructuren / installaties die (nog) niet zijn verbonden met bestaande gasvoorzieningsystemen en die (nog) niet medium voerend (onder gasdruk) zijn geweest. Deze nieuwe aanleg heeft dus nog niets met bestaande gasvoorzieningsystemen te maken. Alle werkzaamheden aan deze systemen zijn zogenaamde Andere Werkzaamheden, zie artikel 2.5.6. – De VIAG geldt niet voor het graven en voor het in de grond leggen van leidingen. Hiervoor zijn wel voorschriften. In bijzondere situaties kan de IV bovendien bepalen dat een onderdeel van de VIAG, bijvoorbeeld een (deel van een) bepaalde veiligheidswerkinstructie, niet van toepassing is. Deze afwijking moet door de installatieverantwoordelijke worden gedocumenteerd en aan alle betrokken partijen worden gecommuniceerd. Pagina 6 van 56 VIAG In de volgende gevallen geldt de VIAG wel: – De VIAG geldt zodra de voorbereidingen starten om een nieuwe aanleg van infrastructuren / installaties te verbinden met een bestaand systeem. Het maakt dan niet uit of het bestaande systeem onder gasdruk staat of niet. – Alle beproevingen van leidingen of installaties die (nog) niet zijn aangesloten, vallen onder de VIAG. – De VIAG geldt ook voor het verwijderen van leidingen en/of installaties. De VIAG blijft dus van kracht als systeemdelen (leidingen, installaties) worden afgekoppeld en gescheiden van bestaande systemen. Pas als die delen echt zijn verwijderd of formeel zijn overgedragen, zijn deze vervallen en geldt de VIAG niet meer.
    2.5.1 Gastechnische werkzaamheden Gastechnische werkzaamheden zijn alle werkzaamheden in HD- of LD-gasvoorzieningsystemen. Hieronder vallen: – aanleggen, uitbreiden, vernieuwen, vervangen, saneren, verwijderen, wijzigen, herstellen, onderhouden en controleren van het gasvoorzieningsysteem (inclusief beproevingen en metingen); – nemen en opheffen van gastechnische veiligheidsmaatregelen voor gastechnische werkzaamheden. Deze werkzaamheden zijn onderverdeeld in drie categorieën: – uitgebreide gastechnische werkzaamheden (UGW, zie paragraaf 2.5.2); – standaard gastechnische werkzaamheden (SGW, zie paragraaf 2.5.3); – beperkte gastechnische werkzaamheden (BGW, zie paragraaf 2.5.4). Bijlage 5 geeft een overzicht van alle werkzaamheden.
    4.4.2. Werkplek Bij het uitvoeren van werkzaamheden aan, met of nabij een gasvoorzieningsysteem gelden de volgende regels voor de werkplek. Algemene regels – Er moet voldoende ruimte zijn om veilig te kunnen werken; – De werkplek moet goed toegankelijk zijn; – Er moet voldoende verlichting zijn; – Er moet voldoende afscherming en afzetting van de werkplek zijn (zie ook de CROW-voorschriften); – Er moet worden voorkomen dat (delen van) gasvoorzieningsystemen, die niet mogen worden gebruikt omdat ze niet veilig zijn, onbedoeld in bedrijf kunnen worden genomen. Regels voor putten en sleuven – De afmetingen van putten en sleuven moeten zo ruim zijn dat er voldoende werkruimte is; – Er moeten adequate vluchtwegen zijn (bijvoorbeeld via ladders of een getrapt talud); – De zijkanten mogen niet kunnen instorten; – Bij grondwerkzaamheden moet de geldende wet- en regelgeving worden toegepast. Dat moet ook gebeuren bij het werken in de buurt van vervuilde grond. Pagina 29 van 56 VIAG Regels bij kans op vrijkomend gas en brandgevaar – Tijdens de werkzaamheden moet een verbod op vuur, open vlam en roken van kracht zijn. Dit verbod moet voor de omgeving duidelijk zijn; – Er moeten één of meer verbodsborden staan (met het pictogram van een brandende lucifer met een streep erdoor); – Er mogen zich geen brandbare materialen op plaatsen bevinden waar open vuur kan ontstaan. Brandbare materialen mogen ook niet direct naast de toegangswegen of vluchtroutes staan; – Toegangswegen en vluchtroutes moeten de hele tijd vrij van obstakels worden gehouden; – Bij gastechnische werkzaamheden moeten er voldoende en geschikte blusmiddelen binnen handbereik zijn. Deze moeten bij werkzaamheden in de open lucht bovenwinds geplaatst zijn; – Gasuitstroming moet zoveel mogelijk worden voorkomen; – Er moeten altijd een aantal eindkappen of persstoppen aanwezig zijn om het ongecontroleerd uitstromen van gas te kunnen voorkomen; – Eventuele noodafsluiters moeten toegankelijk en bedienbaar zijn. Regels om letsel te voorkomen – Er moeten voorzorgsmaatregelen worden genomen om te voorkomen dat personen gewond raken of dat er materiële schade ontstaat door andere gevaren; de juiste persoonlijke veiligheidsmaatregelen moeten worden genomen en de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen moeten worden gebruikt; – Er moeten maatregelen worden genomen om derden op veilige afstand te houden. Regels voor toegang – Voor deuren, deksels, hekken en dergelijke die toegang geven tot delen van de gastechnische installatie moet het volgende gelden: deze mogen alleen geopend worden en geopend zijn als dit nodig is voor de veiligheid of om activiteiten uit te voeren; – Een gastechnische bedrijfsruimte mag alleen worden gebruikt waarvoor deze bestemd is. Regels bij risicoverhogende omstandigheden – Voor activiteiten in risicoverhogende omstandigheden (bijvoorbeeld op bouwplaatsen, op/nabij sloopterreinen, op haventerreinen, in vochtige ruimten) gelden extra regels, zie hiervoor de Arbocatalogus. – Enkele regels zijn: o alleen elektrische arbeidsmiddelen van klasse II (dubbel geïsoleerd) mogen als handgereedschap worden gebruikt; o bij aansluiting van een elektrisch arbeidsmiddel op een voeding met een wisselspanning van 230/400V: deze voeding moet voorzien zijn van een aardlekschakelaar met een nominale aanspreekstroom van maximaal 30 mA; aardlekschakelaars moeten regelmatig worden gecontroleerd. – Voor besloten ruimten (zoals kruipruimten) gelden ook extra eisen: zie hiervoor ook artikel 4.14.6
    4.8 Toezicht Als het niet expliciet staat in de VIAG en/of de VWI’s bepaalt de WV de mate en de aard van het toezicht. De mate van toezicht hangt af van de complexiteit van de werkzaamheden en/of bedieningshandelingen. Twee zaken spelen hierbij een rol: – Is er onafgebroken of regelmatig toezicht nodig? – Is de aanwijzing van de toezichthouder toereikend? Onafgebroken en regelmatig toezicht – Bij onafgebroken toezicht is de toezichthouder de gehele tijd op de werkplek aanwezig. Dit betekent onder andere dat het werk moeten worden stilgelegd als het toezicht onderbroken wordt. – Bij regelmatig toezicht is de toezichthouder met tussenpozen op de werkplek aanwezig. De WV bepaalt hoe vaak de toezichthouder aanwezig moet zijn. In het geval dat regelmatig toezicht vereist is moet de toezichthouder in ieder geval bij de start van de activiteiten aanwezig zijn. Als de toezichthouder bij regelmatig toezicht tijdelijk afwezig is kunnen de activiteiten gewoon doorgaan; maar dat mag niet als er veiligheidsmaatregelen ongedaan worden gemaakt en als er (gastechnische) gevaren kunnen ontstaan. Aanwijzing en toezicht – Een WV en de verschillende typen AVP en VP mogen toezicht houden op gastechnische werkzaamheden als hun aanwijzing daarvoor toereikend is. – Een WV en de diverse typen AVP mogen toezicht houden op bedieningshandelingen als hun aanwijzing daarvoor toereikend is. – Een VOP en in een aantal gevallen ook een THP (zie de VWI’s), mag alleen toezicht houden op nietgastechnische werkzaamheden. Deze werkzaamheden moeten dan wel buiten de gevarenzone plaatsvinden. Personen zonder VIAG-aanwijzing en toezicht – Personen zonder VIAG-aanwijzing mogen alleen werkzaamheden of handelingen uitvoeren onder toezicht en in gasloze situaties (zie hiervoor ook de VWI’s,). – Personen zonder VIAG-aanwijzing moeten vóóraf worden geïnstrueerd. De WV bepaalt de aard en de inhoud van de instructie binnen de kaders die de IV heeft aangegeven. Taken van de toezichthouder – De toezichthouder let op de omgevingsinvloeden op de werkplek en houdt daar ook rekening mee. – De toezichthouder let er op dat de activiteiten worden uitgevoerd volgens bedieningsplan, werkplan, raamopdracht en/of VWI’s (hij doet dit voor zover van toepassing en opgedragen). – De toezichthouder moet zich beperken tot adviezen en waarschuwingen. Hij kan de activiteiten ook stilleggen. – De toezichthouder neemt de leiding op de werkplek niet over van de uitvoerende medewerker (of de ploegleider). Alleen de WV kan ter plaatse besluiten om de leiding op de werkplek (tijdelijk) over te nemen. Als dit gebeurt, moet dit nadrukkelijk aan alle uitvoerende medewerkers worden verteld. Er moet worden voorkomen dat de leidinggevende op een werkplek vaak wijzigt. – De toezichthouder voert zelf geen werkzaamheden uit. Dit betekent dat een ploegleider geen toezichthouder kan zijn, behalve als dit nadrukkelijk apart omschreven is, zoals in VWI G-16. 4.9 Tekeningen en documenten De opbouw en de technische (liggings)gegevens van het gasvoorzieningsysteem moeten vastgelegd zijn in tekeningen, documenten, schema’s en beheerkaarten of in een (geautomatiseerd) informatiesysteem. Vastlegging op een andere manier mag, bijvoorbeeld in schetsen. Het gaat erom dat de gegevens actueel zijn. Van elk gasdrukregel-en-meetstation moeten schema’s bij de hand zijn om storingen te kunnen verhelpen. Deze schema’s moeten eenvoudig, duidelijk en actueel zijn. Ze beschrijven de plek van de aanwezige afsluiters, de toelaatbare en ingestelde druk en de kenmerken van de apparatuur.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.