
Netwerkbedrijf Alliander en Kiwa bouwen in Apeldoorn een waterstofhuis. Het huis moet een opleidingslocatie en demonstratiewoning worden.
Hier kunnen vakmensen leren hoe ze in woonwijken de huidige aardgasvoorziening geschikt zouden kunnen maken voor waterstof. Het demohuis wordt volgens planning komend najaar in gebruik genomen.
Alliander bereidt momenteel in Lochem een pilot voor waarbij woningen met een aardgas-aansluiting worden overgezet op waterstof. De proef vindt plaats in de wijk Berkeloord. Een wijk waar veel oudere woningen staan die, doordat ze niet optimaal zijn geïsoleerd, minder geschikt zijn voor de toepassing van warmtepompen of aansluiting op een warmtenet. Het vervangen van aardgas door waterstof is volgens de netwerkheerder een andere optie die het onderzoeken waard is. Hierbij wordt het bestaande aardgasnetwerk gebruikt en ketels die werken op waterstof. Op de afgelopen VSK bleek dat bijna alle ketelfabrikanten werken aan een toestel dat geheel of gedeeltelijk kan branden op waterstof.
Er wordt nu mondjesmaat geëxperimenteerd met waterstof in de gebouwde omgeving. Zo draait er in Rotterdam een pilot, en zijn in het Zuid-Hollandse Stad aan ’t Haringvliet iniatieven.
Waterstofpartner
Omdat de meeste monteurs en installateurs weinig ervaring hebben met het ombouwen van gasnetwerken voor gebruik van waterstof, gaat Alliander een partnerschap aan met Kiwa. Dit Apeldoornse bedrijf heeft een vergunning voor het werken met waterstof, maar is als keuringsinstantie en opleider ook gespecialiseerd in waterstof en de energietransitie in het algemeen.
Opleidingscentrum en demowoning
Het waterstofhuis bestaat uit een aantal portacabins of een houtskeletbouwwerk die een simulatie van een woonhuis gaan vormen. Inclusief verwarmingsinstallatie, keuken en meterkast. Ook komt er in het huis een cursus- en vergaderruimte, voor opleidingen en andere bijeenkomsten. In een later stadium kunnen ook andere partijen hier terecht voor opleidingen en trainingen. Daarnaast kunnen  bewoners van de pilotwijk in Lochem straks een kijkje nemen om te zien welke eventuele aanpassingen nodig zijn in een woning.
Het is een blijft de vraag of je waterstof moet gebruiken voor woningverwarming.
De conversie van elektriciteit naar waterstof en weer terug levert grote energieverliezen op. Dit is kosten-inefficiënt en vergt bovendien meer ruimte voor extra windturbines. Alleen al 10.000 extra windturbines onshore voor de bebouwde omgeving. Volgens het rapport ‘Via Parijs’ (College van Rijksadviseurs).
Woningverwarming is te splitsen in langdurige vraag het gehele jaar door voor warmwatervoorziening, koken, verwarming (en koeling). En kortdurende vraag tijdens de maanden december, januari en februari inclusief een koudegolf (beperkt aantal dagen -10 graden C). Voor de langdurige vraag zijn warmtepompen en elektriciteit het belangrijkste antwoord, zo nodig in combinatie met kortdurende opslag van energie (cyclus van 24 uur). Voor de vraag tijdens de koudegolf en de periode daaromheen moet er een antwoord worden gevonden in de opslag en het transport van grotere hoeveelheden energie. Netwerken voor elektriciteit en gas zijn daarbij complementair.
Waterstof als noodbrandstof voor koude periodes kan toch veel beter in een soort IBC- achtige tanks of flessen worden aangevoerd en opgeslagen. Voor dat soort kortstondige toepassingen is het onderhouden van een vaste infrastructuur toch nooit rendabel te maken? het zou zo maar kunnen dat we twee of drie jaar helemaal geen dagen beneden de -10°C mee gaan maken. heb je wel 3 jaar de onderhoudskosten voor een netwerk wat je niet nodig hebt. Construeer zo`n tank zodanig dat je hem in de grond kunt plaatsen. Lekker koel en veilig en zonder ruimtebeslag. Conditie en de status van de vulling zijn met software en een (draadloze) internet koppeling eenvoudig te bewaken. Oude technieken gebruiken voor nieuwe toepassingen zijn per definitie bijna altijd gedoemd te mislukken omdat de technische en maatschappelijke habitat waarvoor die technieken zijn ontwikkeld niet meer bestaat of fundamenteel is veranderd.