Ruim de helft van de technische organisaties (54 procent) verwacht dat het tekort aan technici in de toekomst een negatief effect zal hebben op de concurrentiepositie van Nederland. 32 procent ziet op dit moment al negatieve gevolgen. Dit blijkt uit de ROVC TechBarometer, een onderzoek uitgevoerd door ROVC, partner in trainingen en opleidingen voor technisch Nederland.
Oorzaak
In 2017 voorzag 80 procent van de respondenten een tekort aan technici, kwalitatief en/of kwantitatief, voor de komende vijf jaar. Dit jaar geldt dit wederom voor het overgrote deel (79 procent). Als belangrijkste oorzaak voor dit probleem wordt een slechte aansluiting van regulier onderwijs op het bedrijfsleven genoemd (30 procent). Ook een slecht imago van de technische branche (23 procent) en de vergrijzing (19 procent) spelen een grote rol.
Bedrijfsleven
Initiatieven vanuit het bedrijfsleven worden gezien als de meest efficiënte aanjager om de problemen aan te pakken (39 procent). Ook initiatieven vanuit het onderwijs (19 procent) en de overheid (19 procent) worden gezien als meerwaarde. Opvallend is dat slechts één op de tien vindt dat acties vanuit brancheorganisaties efficiënte aanjagers zijn voor het terugdringen van het nijpende tekort.
John Huizing, directeur bij ROVC: “Al jaren staat de technische branche onder druk. 86 procent van de branche ziet het effect van het tekort aan technici op de concurrentiepositie van Nederland. Dat is zorgwekkend. De urgentie om het probleem aan te pakken is dan ook hoog. De economie trekt aan, waardoor de arbeidsmarkt enorm in de lift zit. Zo groeit het aantal banen en vacatures fors. Door het tekort kunnen organisaties niet meekomen met de groei van de economie. Daarom moeten onderwijs, het bedrijfsleven, brancheorganisaties en overheid nog meer dan op dit moment de handen ineen slaan om de technische sector een boost te geven. Door mensen te enthousiasmeren voor de branche kunnen we de negatieve weerslag op de concurrentiepositie van Nederland beperken.”
De ROVC TechBarometer is gratis aan te vragen.
De installatie -en netbedrijfschool van de toekomst.
In het verleden had bijna elke bedrijfstak wel een bedrijfsschool. Naast een gedegen opleiding werd je tevens de cultuur van het bedrijf bijgebracht.
Zowel de leerlingen als de bedrijfstak waren trots op hun school. Een mooi vak leren, waar je zelf voor gekozen had met een baangarantie in het bedrijf, en je kreeg er ook nog een beloning voor in de vorm van een salaris.
Er waren bedrijven bij waar je na je opleiding overal aan het werk kon. Phillips, Hoogovens, de Nederlandse Spoorwegen, KLM, Fokker om er maar enkele te noemen. In de distributie sector gas- en water volgden de medewerkers de GAWALO. In de elektriciteitssector werden links en rechts door energiebedrijven zelfstandig opleidingen opgestart.
Kortom men was zich bewust van het feit dat gericht opleiden en leren binnen een bedrijf de juiste manier was om een vakkundige medewerker(ster) af te leveren.
Helaas zijn er nu, in 2018, minder bedrijfsscholen, maar de vraag naar vaklieden is groter dan ooit te voren. Met de huidige vergrijzing zal deze vraag alleen maar toenemen.
Landelijke aanpak
Inmiddels kennen wij in de Energiesector weer diverse praktische en theoretische opleidingen. Men zoekt nog steeds naar de juiste structuur. Een landelijke aanpak in de sector zal naar mijn mening de beste oplossing zijn, en zal men kunnen samenwerken met goedwillende ROC’s. Een zelfstandige opleiding van gecertificeerde docenten is zeker ook de moeite waard om te bestuderen.
Niet zelf weer het wiel uitvinden
Creëren een school met diverse disciplines. Waarin de opleiding breed is. Leerlingen krijgen een basis opleiding en de branche geeft aan waar op dat moment de behoefte ligt. Organisatie die zich hebben aangesloten bij de school zowel als financier als betrokken instantie krijgen de voorkeur om kandidaten te selecteren. Leidt dus op naar behoefte. Geef baangarantie en zorg dat men up to date blijft “leren je arbeidsleven lang”.
Verantwoording:
Tevens vind ik dat de Netbeheerders en de installatie branche een bijdrage aan de opleidingen in hun budget moeten opnemen. Zij zijn er ook bij gebaat dat er in hun netten en installaties op de juiste vakkundige en veilige wijze wordt gewerkt. Wie betaalt die bepaalt. De overige financiële benodigdheden zullen van de overheid en de leverancier
( reclame via sponsoring) van onze producten moeten komen. Kortom een zelfstandige landelijke infra- installatie bedrijfsschool, gefinancierd vanuit de branche.
Innovatie
Innovatie zal als een rode draad in de opleidingen zichtbaar moeten zijn. De techniek staat niet stil. Alternatieve energie is de toekomst, dat vereist vaklieden met een breed technisch inzicht. Maatwerkopleidingen zullen in de toekomst vanzelfsprekend zijn.
De medewerkers in de energie en installatie branche vinden we verspreid door het gehele land. Op hun specialisatie zal door branche veelvuldig beroep worden gedaan. Aangenomen werk in het buitenland zal zich ook aandienen. Kortom wij moeten onze leerlingen een goede basis geven zodat zij zich in de toekomst goed kunnen blijven ontwikkelen.
Het competentie gericht leren is zeker een goede bijdrage hierin.
Locatie:
De locatie zal gunstig gekozen moeten zijn. Midden in het land.
Goed bereikbaar voor openbaarvervoer is een pre.
Maak desnoods drie locatie verdeeld over Nederland.
Denkbaar: Zwolle, Gouda, Eindhoven.
Willem van Dongen
Amsterdam mei 2018
Technicitekort verbaasd me niets .
20 jaar geleden werden gesubsidieerde opleidingcentra van VEV en Gawalo gesloten en ondergebracht in Kenteq .Oostblokkers met name klussers zonder diploma,s kwamen Nederland massal binnen. Vakopleidingen waren niet meer nodig ,iedereen kon zomaar voor zich zelf een bedrijf opstarten zonder diploma en nog steeds .Veel Nederlandse klus-bedrijven/Installatiebedrijven werken aan installaties zonder vakdiploma,s .Juist deze mensen moet je nu de kans bieden met verkorte opleidingen theoretisch en vakkundig bij te scholen met name op het gebied van warmtepompen .Ik denk dat 80% van de klussers /installateurs op dit moment niet in staat is vaktechnisch een warmtepomp/zonnepaneel/zonneboiler te plaatsen .Je zou toch verwachten dat Sterkin, KvINL,UNETO VNI en Kenteq met elkaar aansluitende theoretische en praktische opleidingen met fabrikanten zouden ontwikkelingen, maar er gebeurd nog steeds te weinig tot niets ze laten het over aan derden. Terwijl je eigenlijk duurzaam gecertifceerd moet zijn Op deze manier rommelt Technisch Nederland maar door met veel ongeschoolde vakmensen en wordt het geschoolde technici-tekort alleen maar groter.