
De stukgelopen onderhandelingen in het Catshuis van afgelopen weekend zijn slecht nieuws voor de bouw- en installatiebranche. Uneto-VNI-voorzitter Marcel Engels: “Stagnatie is wel het laatste waar wij nu op zitten te wachten.”
De werkgeversvoorman spreekt zijn teleurstelling uit over de val van het kabinet en hoopt dat dit geen vertraging oplevert voor de broodnodige maatregelen voor de bouw- en installatiebranche. “Helaas zagen we de afgelopen dagen weer de vertrouwde reflexen in Den Haag. De volksvertegenwoordigers hadden het niet over de economische noodzaak van een snelle invoering van maatregelen om de economie vlot te trekken, maar begonnen van links tot rechts alweer aan de verkiezingsstrijd en met discussies over de verkiezingsdatum. Daarmee gaan zij voorbij aan de urgentie van de huidige situatie: het bedrijfsleven snakt naar duidelijkheid.”
Woningmarkt
Engels vervolgt: “Het pakket aan maatregelen dat afgelopen weekend naar buiten is gekomen, geeft in elk geval duidelijkheid als het gaat om de woningmarkt: in de voorstellen worden bestaande hypotheken ontzien en de overdrachtsbelasting blijft laag. Ook de maatregelen voor de huurmarkt snijden hout: scheefwoners gaan iets extra’s betalen en de huurprijzen in de sociale woningbouw huurprijzen gaan richting marktconform. Dat zijn maatregelen waardoor de doorstroming op de woningmarkt weer in gang wordt gezet en er veel economische activiteit wordt gegenereerd.”
BTW-verhoging
Het voorgestelde maatregelenpakket bevat ook een verhoging van de btw. “Voor ondernemers die afhankelijk zijn van de renovatiemarkt –en consumenten- is dat slecht nieuws. De verduurzaming van de energievoorziening wordt mogelijk op de lange baan worden geschoven, ” zegt Engels. “Economie draait om vertrouwen. Vertrouwen van consumenten, bedrijven, beleggers en financiële markten. Het voorgestelde maatregelenpakket is een eerste stap op weg naar herstel van dat vertrouwen. Maanden wachten met de invoering ervan brengt ons verder achterop. Dat kunnen wij ons niet permitteren. Hopelijk beseffen onze volksvertegenwoordigers dat ook.”