Pagina 20 van: Installatie en Sanitair – nummer 6 – 2019

ketel met z’n lichtblauwe mantel werd
al in januari gepresenteerd, maar toen
was-ie nog niet gecertificeerd. Nu wel.
Snel: “Dit is in principe de ketel zoals
we hem naar de markt kunnen bren-
gen.” De huidige ketel is specifiek voor
veldtesten als in Rozenburg gekeurd
door het Duitse DVGW.
Het bedrijf Bekaert levert waterstof-
ketel nummer twee. Dit bedrijf is ’s
werelds grootste branderfabrikant en
men is daar – bij de productiefacili-
teit in Assen – al een tijdje bezig met
het ontwikkelen van een brander en
warmtewisselaar die het goed doet op
waterstof. De 28 kW Bekaert-ketel die
in het ketelhuis hangt, is iets groter dan
die van Remeha. “Dat komt omdat er in
deze ketel een buffervat van acht liter
>>
zit. Dat is gangbaar in Duitsland. Niet in
Nederland, dus de Nederlandse versie
zal uiteindelijk wel kleiner worden”,
zegt Parsa Tashacori, manager design
en engineering bij Bekaert.
Het bedrijf zet in op waterstof, omdat
het de boot niet wil missen. Dat gezegd
hebbende: het ligt bij Bekaert niet in de
planning om hele ketels te gaan pro-
duceren. Tashacori: “Wij ontwikkelen
het technische hart: de brander en de
warmtewisselaar. Voor de gehele ketel
zijn we in gesprek met een fabrikant.”
Tashacori voegt nog enigszins trots er
aan toe dat in één van de blauwe con-
tainers al vijf maanden eerder een ‘100
procent waterstofketel’ van Bekaert
draaide in de ‘proto-veldtest’. Die zou
daarmee wellicht echt de allereerste
pilotketel zijn.
De derde ketel in het Rozenburgse
ketelhuis zit in een Nefit Topline-
behuizing. Dit is een proefopstelling
van Gasterra en DNV GL. Deze ketel is
nog niet operationeel en zal in een later
stadium in gebruik worden genomen.
Harm Vlap van DNV GL is geestelijk
vader van het Rozenburgse project.
Hij zegt: “Wij zijn samen met GasTerra
bezig om een ‘standaard aardgasketel’
om te bouwen naar een waterstof-
versie. Hiervoor zullen de brander,
warmtewisselaar en de gas/luchtrege-
ling worden aangepast. Het is niet de
bedoeling om hier de markt mee op te
gaan. Zowel GasTerra als DNV GL heb-
ben hiervoor geen commerciële belang-
stelling. De kennis zal aan de markt
worden overgedragen, vergelijkbaar
met de ontwikkeling van de hr-ketel,
die wij – toen nog als Gasunie – eerder
hebben gedaan. Dat er gekozen is voor
een Nefit is puur willekeurig.”
Waterstof brandt anders
Waterstof heeft andere verbrandings-
karakteristieken dan aardgas; sowieso
brandt waterstof veel sneller dan aard-
gas. Hierdoor branden de vlammen
dichter op het branderdek van de ketel,
waardoor het risico bestaat dat de vlam
naar binnen slaat. Dat heeft gevolgen
voor de manier waarop je een water-
stofketel bouwt en inregelt. “Simpel
gezegd”, legt Harm Vlap uit, “hoor je bij
de ontbranding van aardgas een ‘woef’,
terwijl je bij het ontsteken van waterstof
‘pang’ hoort. Dat betekent niet dat de
ketels onveiliger zullen zijn. Wel zijn
er aanpassingen nodig.” Remeha voegt
hier aan toe: “Dat inslaan van de vlam
gebeurt bij onze producten niet. Wij
hebben dat ondervangen in de opzet
van ons product; een unieke innovatie
van BDR Thermea Groep.”
De huidige hr-ketels werken bijna
allemaal met het beveiligingsprincipe
op basis van ionisatiestroom. Daarbij
wordt met een elektrodepen gemeten
of het gas nog brandt. Is dit niet het
geval, dan sluit de gasklep. Dit principe
werkt goed als er methaan in het ver-
brandingsmengsel zit. Bij pure water-
stof hapert dit mechanisme, waardoor
de gasklep niet sluit als er geen ver-
branding plaats vindt. Dit betekent
dat als de gasklep open is, dat het uit
De elektrolyser is vraaggestuurd. Er zal dus
nooit een overschot aan waterstof zijn en een
buffer is dus ook niet nodig. Bovenop de stack
zijn de twee dryers zichtbaar.
24 installatie en sanitair | nummer 6 augustus 2019
Groot waterstofproject in Leeds
Waterstof is niet alleen in Nederland ‘hot’. In de hele
wereld wordt volop onderzoek gedaan naar de rol
van waterstof in de energietransitie. Zo ook in Groot-
Brittannië. In het Noord-Engelse Leeds loopt een groot-
schalig project (Hy4Heat) waarbij het de bedoeling is
uit aardgas waterstof te winnen en de vrijgekomen CO2
op te slaan. In een later stadium komt de waterstof van
offshore windparken, die dan door het bestaande gasnet-
werk gestuurd wordt. Ketelfabrikanten Nefit (via zuster-
bedrijf Worcester Bosch) en Remeha (via zusterbedrijf
Baxi) zijn hierbij betrokken. Volgens planning gaat dit
deel (Work Package 9) in 2021 van start. Baxi levert naar
verwachting zo’n vierhonderd ketels. Worcester Bosch
hoopt er duizend te kunnen installeren. Maar voordat dit
deel van het project van start kan gaan, moet eerst nog
goed gekeken worden naar de veiligheid, zegt Albert van
der Noort, van DNVGL. “We zijn op dit moment betrokken
bij het veiligheidswerkpakket (WP7) waarvoor een aantal
testhuizen op een afgelegen site gebouwd zijn en waar
allerlei testen mee gedaan worden. Dit werkpakket zal
zeker nog tot het einde van het jaar duren.”
installatie | TECHNIEK
‘uv-cel controleert
waterstofvlam’
22-23-24-25_waterstofketels.indd 24 19-08-19 17:05