Pagina 9 van: Installatie en Sanitair – nummer 8 – 2019

JOURNAAL
Cv-monteur blijkt duurzame vraagbaak
Cv-monteurs van Feenstra worden door klanten bedolven onder vragen over duurzame
energietechnieken. Dat blijkt uit een vragenlijst die onder de cv-monteurs van Feenstra is
verspreid en door een kleine driehonderd van hen is ingevuld.
Bij een onderhouds- of reparatiebezoek wordt
76 procent van de monteurs om energieadvies
gevraagd en 41 procent geeft aan dat de meeste
woningen die zij bezoeken nog niet geschikt
zijn voor nieuwe installaties. Veel cv-monteurs
vinden het belangrijk dat ze zich concentreren
op technieken die voor technici én consumen-
ten geen verrassingen met zich meebrengen:
een ruime meerderheid (61 procent) vindt dat
Feenstra alleen bewezen technieken moet aanbieden.
De warmtepomp is inmiddels zo’n bewezen techniek, alleen niet overal toepasbaar. Drie op de tien
monteurs wijzen klanten op een duurzaam alternatief wanneer de onderzochte ketel op z’n retour
is. Vooral in woningen van vóór 1980 is het warmteverlies te groot. In nieuwere woningen brengen
veel monteurs de duurzame alternatieven wél ter sprake. Feenstra is op dit moment een adviestak
aan het optuigen. Als een klant specifieke vragen heeft, of vragen die iets meer uitleg vergen, dan
kan de monteur de klant naar een adviseur verwijzen.
‘Impuls aan
standaardisering’
STABU en Ketenstandaard Bouw en Installatie
gaan definitief fuseren. Ze gaan vanaf heden
verder onder de naam ‘Ketenstandaard Bouw
en Techniek’. Door de fusie ontstaat één orga-
nisatie in de bouw- en technieksector voor
de promotie en het beheer van de STABU
Besteksystematiek, de ETIM Classificatie,
de SALES Standaard voor Communicatie,
GS1 Standaard voor Identificatie en de
Fabrikantgebonden Productspecificaties.
Hierdoor kan er beter en efficiënter worden
ingespeeld op versnelling van de digitalisering
in de bouwkolom. Standaardisering is hiervoor
een randvoorwaarde.
Bodemboring blijkt
het meest risicovol
Niet goed uitgevoerde boringen voor bodem-
bronnen staan op 1 in de Top20 van meest
schadelijke en risicovolle bodemwerkzaamhe-
den. Bij boringen voor bodemenergiesystemen
gebeurt het te vaak dat kleilagen die grond-
waterlagen van elkaar gescheiden houden,
niet goed afgedicht worden. Daardoor kan er
verontreinigd of zouthoudend grondwater naar
schone grondwaterlagen stromen. De Top20 is
samengesteld door het RIVM in opdracht van de
Inspectie voor Leefomgeving en Transport (ILT),
die met de lijst in de hand beter hoopt te kun-
nen optreden tegen overtredingen.
De ILT heeft boorbedrijven al langer op het net-
vlies. Vorig jaar maakte de inspectie bekend dat
elf van de dertien geïnspecteerde boorbedrijven
één of meerdere milieuregels bewust of onbe-
wust overtraden.
Vaillant assisteert op afstand
Vaillant heeft een online interactieve vraagbaak in het leven geroepen, waar installateurs antwoord
kunnen krijgen op vragen over verwarmingsinstallaties. De online assistent is bedoeld voor alle
vragen over Vaillants installaties (bijvoorbeeld warmtepompen en in cascade geschakelde hr-
ketels) voor nieuwbouw en renovatie. De adviseurs van Vaillant zijn hiervoor elke dag bereikbaar.
Wel moet online eerst een afspraak worden gemaakt.
Juiste papieren voor werk aan gasketel
Installatiebedrijven die vanaf 2021 aan gasketels en de rookgasafvoer willen werken, moeten
in het bezit zijn van de juiste papieren. InstallQ heeft een richtlijn opgesteld waarin staat hoe
je die in huis haalt.
Het gaat om richtlijn BRL6000-25, die InstallQ in concept heeft opgesteld en waar de markt tot 21
oktober op kan reageren. Eind van dit jaar moet de richtlijn dan definitief zijn.
Er worden straks drie typen ‘deskundigen’ binnen een bedrijf onderscheiden, met verschillende
vakbekwaamheidseisen en verschillende verantwoordelijkheden: de Werkverantwoordelijke (WV),
de Vakbekwaam Persoon (VP) en de Voldoende onderricht persoon (VOP). Ten aanzien van de admi-
nistratie is er in ieder geval de eis dat bedrijven tenminste tien jaar lang alle documenten rond een
geplaatste of onderhouden gasketel bewaren.
Wie opgaat voor het bedrijfscertificaat moet er op rekenen dat er tenminste één gerealiseerd pro-
ject bezocht zal worden. Daarbij zal dan een inspecteur van de certificerende instelling aanwezig
zijn en ook iemand van het installatiebedrijf zelf.
De inspecteur checkt de verbrandingsinstallatie (luchttoevoer, ketel, rookgasafvoer) dan aan de
hand van een lijst ‘mogelijk kritische punten’. De geldigheid van een bedrijfscertificaat vervalt na
drie jaar. Dan moet het weer vernieuwd worden.
nummer 8 oktober 2019 | installatie en sanitair 11
11_journaal3.indd 11 07-10-19 15:53