Met enige regelmaat kom ik installateurs tegen, maar ook beheerders of VvE-vertegenwoordigers, die problemen ondervinden met de regeling van hun klimaatinstallatie in collectieve woningbouw. Niet dat de regeling enorm oud en versleten is. Nee, vaak zijn ze pas enkele jaren in gebruik, maar voldoet hij niet aan de wensen. Aan ons de vraag of we een oplossing kunnen bieden die wel het gewenste comfort en/of de energiezuinigheid geeft, die ze eigenlijk vanaf dag 1 hadden gewild.

Er zijn legio redenen waarom zo’n regeling niet naar behoren functioneert. Maar in veel gevallen komt het erop neer dat men bij de initiële installatie en oplevering voor minimale functionaliteiten ‘koos’. Ik vraag me dan vaak af of bewoners echt iets te kiezen hadden. Meestal blijven de klachten de eerste twee jaar – toevalligerwijs de garantieperiode – binnen de perken. Kort daarna nemen het ongemak en de ontevredenheid toe, tot het de spuigaten uitloopt.

Geen upgrade mogelijk

De beheerder of installateur die op zo’n moment dat ongemak moet wegnemen, ontdekt niet zelden dat de regelinstallatie zodanig basic is, of dat een onderdeel of het systeem zelfs niet meer leverbaar is, dat een upgrade niet mogelijk is. En als de installatie iets ouder is, dan zijn nieuwe producten of uitbreidingen niet compatibel of koppelbaar. Vervanging is dan de enige oplossing. Als het besluit tot renovatie of vervanging valt, ga dan zorgvuldig te werk. Luister naar de oorzaak van de klachten. Inventariseer de onderliggende wensen. Maar vraag ook naar mogelijke toekomstplannen, zoals verduurzaming van de installatie.

Te weinig aandacht voor comfort

Juist in appartementengebouwen met een collectieve energieopwekker of een aansluiting op collectieve warmte- en koudelevering, zien we het vaker dan gemiddeld ‘fout gaan’. Voortschrijdend inzicht maakt dat deze woningen helemaal niet zo goed individueel regelbaar zijn, waardoor op momenten sommige mensen het heel warm, en andere mensen weer te koud hebben. Of men wil de leefruimtes apart regelen, terwijl dat helemaal niet mogelijk is. Juist bij iets oudere gebouwen met een WKO-systeem is er vanuit het verleden te weinig vanuit comfort, en te veel vanuit energie gedacht. Grappig detail is dat destijds het hoge sluipverbruik van bijvoorbeeld een toegepaste 24V trafo voor de regeling over het hoofd is gezien.

Begin met een testopstelling

Mag je de problemen in zo’n gebouw oplossen, begin dan met een testopstelling. Kies één representatieve woning en onderzoek hoe je daar de regeling kunt veranderen. Neem voor zo’n proefwoning bij voorkeur een bewoner die straks als ambassadeur kan optreden. Iemand die goed bekend staat in het gebouw. Als hij of zij tevreden is, neemt dat veel weerstand bij andere bewoners weg. Kortom, luister naar hun wensen, bedenk een oplossing die voor zowel comfort, controle als energiebesparing zorgt, en creëer een testopstelling. Want een test werkt ’t best!

Arnold Bakker, applicatiespecialist Resideo