Breman Installatiegroep heeft een gelijkwaardigheidsverklaring verkregen voor haar collectief hybride concept. Dit betekent dat de toepassing van een centrale warmtepomp met individuele cv-ketels officieel erkend is als een volwaardige verduurzamingsoplossing. Daarmee wordt de techniek aantrekkelijk voor woningcorporaties: die kunnen de effecten meerekenen voor de bepaling van het energielabel van hun vastgoed.
Dit najaar wordt de eerste installatie in het Friese Damwâld gerealiseerd voor woningcorporatie Thùs Wonen. De resultaten worden door TNO gemonitord.
Het project is een vervolg op de eerste stap die Breman in 2021 zette met haar portiekhybride, waarmee het een ontwerpwedstrijd van woningcorporatie Woonstad won. De toepassing van hybride in gestapelde bouw is een kansrijke markt, maar technisch lastig te realiseren.
Opschalen hybride: gestapelde bouw
Portiekflats, vaak gebouwd tussen de jaren ‘50 en 80, zijn superefficiënt ingedeeld. Er is maar beperkte ruimte voor installatietechniek. Tegelijkertijd is er een grote behoefte om deze woningen te verduurzamen, vooral omdat ze vaak worden bewoond door mensen met een kleinere portemonnee. “Met het concept ‘Collectief Hybride’ hebben we een slimme manier gevonden het wél te kunnen doen,” aldus Mark Sprenkels van Breman. Collectief Hybride betekent: een centrale hybride warmtepomp op het dak van de flat, met in de woningen een individuele cv-ketel die bijspringt in koude dagen en voor tapwater. Met het concept kunnen energiekosten omlaag, zonder dat er grote aanpassingen nodig zijn.
In het webinar in de Week van de Warmtepomp wordt toelichting gegeven op het concept. Bekijk het webinar hier terug. Gratis voor abonnees, registratie nodig voor niet-abonnees in combinatie met 8 weken gratis Installatie Premium
Uniek in de markt
“We zien dat de vraag naar verduurzaming toeneemt, maar veel corporaties worstelen met de praktische uitvoering. Het principe van het Rotterdamse concept is nu doorontwikkeld.” Dat gebeurde binnen het samenwerkingsverband TDI (Team Duurzaam Installeren), waar Breman één van de 9 betrokken installatiebedrijven is.
Dankzij dit innovatietraject is collectief hybride verder doorontwikkeld. Sprenkels: “Zo dachten we van tevoren bijvoorbeeld dat alle bewoners hun verwarming ongeveer tegelijkertijd aan zouden zetten. Maar metingen in de praktijk toonden aan dat dit nauwelijks het geval is. Met die informatie konden we de hele installatie efficiënter en kosteneffectiever maken.”
Pilot in Friesland
“Dit collectieve concept biedt een kans om betaalbaar te verduurzamen,” vertelt Harm Laanstra, Technisch Specialist en Projectleider vanuit Breman. De Total Cost of Ownership (TCO) bleek bij het collectieve systeem gunstiger dan individuele warmtepompen. In verband met het extra warmteverlies krijgen de hoekappartementen één warmtepomp per twee woningen. De tussenwoningen delen één installatie met vier appartementen, omdat tussenwoningen uit zichzelf makkelijker warm blijven. “En ook in dit project gaan we weer leren. Misschien kunnen we in de toekomst de installatiekosten zelfs nóg verder verlagen met nóg meer efficiëntie. Het is mooi om dit samen met Thús Wonen te gaan ontdekken,” aldus Harm Laanstra.
Zo ziet het schema eruit (tekst gaat verder onder schema)
Monitoring
Onderzoeksorganisatie TNO, ook deelnemer binnen Team Duurzaam Installeren heeft meegekeken met het technisch ontwerp en gaat de installatie monitoren. Deze samenwerking stelt Breman in staat om het concept verder te verfijnen.
Stap naar all-electric of warmtenet
Breman ziet de collectieve hybride als een mogelijke tussenstap naar all-electric of aansluiting op een warmtenet. Die laatste ontwikkeling ligt binnen veel binnenstedelijke gebieden op dit moment stil. Verder heeft het concept geen grote impact op het elektriciteitsnet, een belangrijk voordeel gezien de netcongestie-problematiek.
Gelijkheidsverklaring
De gelijkwaardigheidsverklaring is een belangrijke steun in de rug. Woningcorporaties mogen de effecten meerekenen voor de bepaling van het energielabel van hun vastgoed. Objectieve berekeningen kunnen door deze verklaring exact aangeven hoeveel het energielabel van een gebouw verbetert na installatie van het systeem. Dit geeft corporaties zekerheid over de effectiviteit van de verduurzamingsmaatregel én helpt hen voldoen aan de steeds strengere eisen op het gebied van energieprestaties en duurzaam woningbeheer. Bewoners profiteren vooral door een lagere energierekening.
