Bodemwarmtepompen in energiezuinige nieuwbouwwijken belasten het elektriciteitsnet nauwelijks.
Tot die conclusie komt Climate For Life, moederbedrijf van Itho Daalderop en Klimaatgarant in een recent whitepaper.
Door de netcongestieproblematiek kunnen op bepaalde plekken in Nederland woonwijken niet aangesloten worden door de netbeheerder. Maar volgens Climate For Life hanteren projectontwikkelaars vaak erg ruime marges voor de warmtepomp, op basis van een theoretische piekvraag op koude winterdagen of juist op warme dagen in de zomer. Dan springen namelijk, zo is de gedachte, alle warmtepompen tegelijk aan op hun maximale vermogen.
Bij een woonwijk van honderd woningen met warmtepompen met een elektrisch vermogen van 4 kW, tellen die warmtepompen dan op tot theoretisch 400 kW. Maar met het juiste ontwerp kan die wijk met veel minder vermogen toe, zo concludeert Climate For Life na bestudering van de verbruiksgegevens van 75 Itho Daalderop bodemwarmtepompen in woningen in de nieuwbouwwijk Park van Rodenburg in Rijswijk-Buiten.

Verbruik geanalyseerd
Dat betekent dat de gevraagde aansluiting bij de netbeheerder een stuk kleiner kan, waardoor de woonwijk soms niet meer op de wachtlijst hoeft te staan. Climate For Life onderzocht alleen het vermogen van de warmtepompen, niet de andere elektriciteitsgebruikers in de woning, zoals een laadpaal of een inductiekookplaat.
Klimaatgarant analyseerde de verbruiksgegevens van 75 Itho Daalderop bodemwarmtepompen in de nieuwbouwwijk Park van Rodenburg in Rijswijk-Buiten. De energiezuinige koopwoningen in Park van Rodenburg hebben behalve een bodemwarmtepomp onder meer een balansventilatiesysteem met warmteterugwinning, triple glas en douche-wtw’s. De warmtepompen in de woningen hebben een elektrisch (piek)vermogen van 2,5 kW.
Gelijktijdigheid
Theoretisch zouden deze 75 warmtepompen dus een gelijktijdige piek kunnen laten zien van ruim 180 kW. Maar die pieken blijken in het meetjaar 2023 nooit gehaald te worden. Sterker nog: de hoogste piek komt niet voorbij de 35 kW. Deel je dat door het aantal warmtepompen, dan krijg je een ‘gelijktijdigheid’ per warmtepomp van slechts 0,5 kW (zie grafiek), voor verwarming en warmtapwater.
Gedurende de zomer ligt de piek in het gelijktijdig vermogen op circa 0,2 kW per woning. Dat betreft dan zowel het vermogen dat nodig is om de woningen te koelen, als het vermogen voor warm tapwater.
Aansluiting kan kleiner
Concluderend stelt Climate for Life: “Met de juiste keuzes in het ontwerp van de woning en de warmtepompselectie is dus, ook tijdens strenge vorst, voor de warmtepomp een reservering in het aansluitvermogen van minder dan 1 kW voldoende.” Het bedrijf plaatst wel de kanttekening dat het hier gaat om water/water-warmtepompen. Lucht/water-warmtepompen vallen in de berekening iets minder gunstig uit.
Climate For Life kwam vorig jaar in Zweedse handen, toen een meerderheid van de aandelen werd gekocht door verwarmingsfabrikant NIBE.
De praktijk wijst ook uit, dat water-/water of brine-/water warmtepompen doorgaans slechts de helft verbruiken van wat een lucht-/water warmtepomp verbruikt.
Het “probleem” zit in het niet van te voren uitzoeken wat het beste is voor de situatie. Zolang iedereen maar alles zelf doet, gaat het bijten. Er behoort een Energie Transitie Delta plan te zijn. Geen ordinaire marktwerking oplossing.
Een WP met een elektrisch vermogen van 2,5 kW in een nieuwe (goed geïsoleerde) woning is m.i. ook veel te zwaar. Bij een COP van 5 (realistisch) praat je over een verwarmingsvermogen van 12,5 kW. De helft lijkt me voldoende. Deze heeft dan het voordeel van verder terugmoduleren.