De installatiesector kan de komende twee jaar een kleine krimp tegemoet zien. Pas in 2026 is weer groei te verwachten van het productievolume. Dat blijkt uit de meest recente ‘Economische vooruitzichten’, opgesteld door Bouwkennis, in opdracht van Techniek Nederland.
Zowel in 2024 als in 2025 verwacht Bouwkennis een krimp over de hele linie van 1%. In 2026 veert de sector weer op met een groei van 2%, waardoor het volume dan weer terug is op het niveau van 2023.
Woningbouw ontspringt de dans
Niet alle segmenten worden geraakt. De krimp vindt met name plaats in de utiliteitsbouw en de infrastructuur (zoals wegen, viaducten, tunnels). De woningbouw lijkt de dans te ontspringen en blijft zelfs voorzichtig doorgroeien. Die groei bij woningen is dan met name toe te schrijven aan renovaties en verduurzaming (warmtepompen) van bestaande woningen. Want in de nieuwbouw is wél sprake van een krimp, wat met name veroorzaakt lijkt te worden door de hogere rentestanden.
Rente drukt de pret
In de raming van vorig jaar was van hoge rentestanden nog geen sprake en er werd hier in de voorspellingen dan ook geen rekening mee gehouden. Bouwkennis hintte toen al wel op een mogelijke stijging van de rente, maar dit uitte zich toen nog niet in negatieve prognoses en krimp. Vorig jaar voorspelde Bouwkennis namelijk dat 2024 en 2025 prima jaren zouden worden voor nieuwbouwwoningen.
Ondanks de wat sombere wolken die de laatste maanden over de badkamermarkt hangen, gaat Bouwkennis voorlopig niet uit van een krimp van de discipline ‘sanitair’ in de woningbouw. Er is in 2024 en 2025 zelfs sprake van lichte groei, om dan in 2026 nog eens extra op te veren. Die groei zit hem met name in levensloopbestendige aanpassingen in de badkamer. Maar ook verwacht Bouwkennis dat (beleids)ontwikkelingen rond hemelwaterafvoer de sanitairmarkt in de kaart zullen spelen.
